BOEKTOPIA 2024 signeersessies
Rood
Welke revolutie is de ergste:
die in de straten van Parijs of die in je binnenste?
Het leven van Toine, leerling-schilder bij zijn vader, wordt door de Franse Revolutie overhoopgehaald.
In enkele maanden tijd kookt Parijs over van haat, verraad en moord.
Uitgeverij: Manteau
Het Verhaal
De revolutie hapt geen kleine stukjes uit je huid, ze vreet in één keer heel je hart op.
Wanneer de nationale garde een mysterieus schilderij uit het paleis ontdekt in Toines huis wordt zijn vader beschuldigd van verraad en opgepakt. En ook Pauline, de dochter van een edelman en de grote liefde van Toine, is in gevaar.
Toine begint een zoektocht. Maar niets is nog zeker; wie kan hij nog vertrouwen? Welke rol speelt graaf Delacroix, père Hubert, de waarzegster, de kunstschilder David… en zelfs zijn vrienden Alexandre en Quentin?
Ondertussen valt het mes van de guillotine eindeloos naar beneden, en hakt zelfs diep in het geweten van Toine…
Welke revolutie is de ergste: die in de straten van Parijs of die in je binnenste?
De pers over Rood
De auteur is een historica en schetst een levendig historisch kader
“De auteur is een historica en schetst een levendig historisch kader, maar zorgt ervoor dat de vaart niet uit het verhaal verdwijnt. Dat heeft zo zijn nadelen wanneer je ‘s avonds pas aan het boek begint en het niet meer weggelegd krijgt…
Dacht ik eerst dat het verhaal wat te lief of te schattig zou blijven, dan moest ik al snel mijn mening herzien. Het schrikbewind van de jakobijnen trilt door de hoofdstukken en het boek eindigt met een orgelpunt.”
Uit: Blog Verlezen Tijd, 12 april 2014
“Net als voor de lezer zijn de politieke gebeurtenissen en de pionnen van de revolutie voor Toine een onontwarbaar kluwen. De een na de ander verliest zijn hoofd onder de guillotine; vriend of vijand, elke tegenstander van de bloederige opstand moet eraan geloven. Toine moet er, samen met de lezer, zijn hoofd proberen bij te houden. Geen gemakkelijk karwei, maar wanneer je je laat meevoeren naar de 18de eeuw, lijkt het alsof je zelf voor een aantal hartverscheurende keuzes staat!”
Uit: Boekenzoeker
“Doorheen het verhaal groeit het personage Toine van volgzame leerling-schilder tot een doorzettend persoon die zijn eigen weg wil gaan en daar heel veel voor over heeft. Een boeiend verhaal over het verwezenlijken van dromen tegen de gewelddadige achtergrond van de Franse Revolutie.”
Uit: Pluizuit, Pol Van Damme, oktober 2010
“Geschiedenis en fictie zijn in dit verhaal vlot met elkaar verweven. Levensechte beschrijvingen van het leven onder de terreur en snelle opeenvolging van gebeurtenissen geven het boek vaart. De complexe geschiedenis van de Franse Revolutie wordt voelbaar én begrijpelijk aan de hand van kleinere verhalen.”
Uit: Biblion, T. Mortier, 2010
“Het gaat er bij momenten spannend aan toe en de lezer komt dankzij de pen van Vera in de sfeer van de Franse revolutie. Naast vriendschap maken we kennis met de wreedheden die er in die tijd waren.
Het boek bestaat uit 30 hoofdstukken die zo goed geschreven zijn dat het een lust is om het verhaal te lezen. ‘Rood’ is het derde jeugdboek van Van Renterghem en wat ons betreft zeker de moeite waard om te lezen!”
Uit : http://boekenkast.jimdo.com/recensie-rood
Citaten uit Rood
Wat doet verf met kunstschilders? Worden ze er blind van?’ mompelde hij.
Soms dacht ik dat de gevangenis en haar hele inboedel zich het liefst zou verdrinken in de rivier aan haar voeten.
‘Ik kan de geest van je vader oproepen… maar alleen als hij dood is.’ Ze nam een kanten waaier van op het bijzettafeltje en waaierde hem open en dicht.
De liefde voor Pauline en vader, die ik voorgoed was verloren, had me gekerfd. Maar haat was zacht, als een opluchting. Ik moest zelfs glimlachen, voor het eerst sinds lang.
Het water van de Seine stonk meer dan ooit en braakte de brokstukken van de revolutie uit. Iedereen in heel de stad was ermee besmet. Het was erger dan de pokken. Het hapte geen kleine stukjes uit je huid, het vrat in één keer heel je hart op.
Hij dankte God voor de spijzen en nam de grootste portie uiensoep.
Ze keek uit het raam naar de straat en telde de magere honden die voorbijliepen, maar niet de mensen die haar kwamen opzoeken.
De koningin is een stinkende slet, een achterlijke hoer, een…’ Ze zocht armzwaaiend naar haar woorden.